Aankondiging van de doodstraffen. Bron: pl.wikipedia.org

In Polen, als het enige door de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog bezette land, stond de doodstraf voor elke hulp aan Joden. De dood wachtte niet alleen de helper maar ook zijn hele gezin, zelfs een dorp.
Ondanks dat heeft de Poolse ondergrondse regering vanaf het begin hulp aan de Poolse Joden verleend.
Binnen het hoofdhoofdkwartier van de AK (Home Army) bestond er vanaf begin 1941 een afdeling, die de informatie over het lot van de Poolse Joden verzamelde.
Om hulp te kunnen organiseren ontstaat eerst in september 1942 een tijdelijk orgaan voor hulp aan de Joden, dat op 4 december 1942 in “Żegota” veranderde.

Bron: Polscy sprawiedliwi/De Poolse rechtvaardigen

De Poolse regering in ballingschap had in maart 1943 een afvaardiging naar Polen gestuurd om de samenwerking met “Żegota” aan te gaan. Via deze weg stroomde de financiële hulp aan “Żegota” en de verslagen aan de regering in Londen.

Witold Pilecki samen met Jan Redzej en Edmund Ciesielski ontsnapten uit Auschwitz. Bron: Nasz Dziennik

Van 26 op 27 april 1943 vlucht Witold Pilecki uit Auschwitz en hij voorziet het Westen van de volgende bewijzen over de genocide.
Ten einde raad hebben Polen ook een aanval op Auschwitz overwogen om de aandacht van het Westen voor deze drama te trekken. Op dat moment waren er acht duizend SS-ers ter verdediging gestationeerd.
In juli 1943 heeft Żegota een voorstel aan de Poolse regering in Londen gedaan om de geallieerden officieel te verzoeken een ruil tussen de Joodse bevolking en de Duitse burgers te organiseren.
Ook de Poolse katholieke kerk bleef met de lot van de Joden begaan.

Bisschop Karol Radoński. Bron: Chronologia.pl

De Poolse bisschop, Karol Radoński heeft de misdaden van de Duitsers in een radiotoespraak in Londen hard veroordeeld. Hij zei: “Als het gaat om de Joodse bevolking, zijn marteling overtreft alles, wat de haat en het barbarisme van de onderdrukker kan bedenken (…). “
De regeringen van de VS en Groot Brittannië wilden de informatie over de genocide op de Joodse bevolking niet horen.
De nota’s van de Poolse regering in Londen stuitten op onverschilligheid.
Toen gen. Sikorski begin december 1942 voor de zoveelste keer de geallieerden had opgeroepen om de spoorwegen naar de gaskamers en de crematoria te bombarderen, beloofde Churchill zich over die kwestie te buigen.
Het is een feit, dat dit soort bombardementen technisch gezien al vanaf 1942 mogelijk waren, en in 1944 vonden ze regelmatig plaats.
In 1944 waren het niet alleen Polen maar ook de joodse organisaties, die de geallieerden verzochten om de communicatiewegen naar de vernietigingskampen te bombarderen.
De informatie over de genocide op Joden kregen Britten niet allen van de Poolse kant. Dit bewijzen berichten van de Chileense diplomaat uit Tsjechië en Moravië, waarin hij over de beginnende genocide informeerde.
Churchill bleef niet allen zwijgen, maar hij steunde het Britse beleid in Palestina nl. de toestroom van de Joodse vluchtelingen uit Europa tegen te gaan.
Toen in december 1940 het schip “Salvador” met honderden illegale Joodse immigranten de Palestijnse kusten had bereikt, hebben de Britten hen de toegang tot Haifa geweigerd.
Het schip “Salvador” zonk.
Van dit soort incidenten waren er veel aan de Palestijnse kust in de jaren 1940-42.
Om de onverschilligheid van de Britten te begrijpen, moet men eerst de realiteit uit die tijd begrijpen, legt historicus, Leszek Pietrzak verder uit.
Niet alleen de Duisters vonden zichzelf een betere ras, de Britten vonden het ook. Churchill zei het herhaaldelijk “we are superior”.
Voor de Britse elite waren Joden, Arabieren, Hindoe en de negers alleen mindere rassen.
Britten vonden dat de genocide op Joden niet hun zaak was.
Een soortgelijke houding toonden de Amerikaanse regering en de Amerikaanse elite.
De Amerikaanse president, Franklin D. Roosevelt reageerde niet eens op de Poolse oproep om de genocide te stoppen.
Volgens de historicus was Roosevelt een doeltreffende en cynische politicus.
Laten we aan een feit helpen herinneren, zegt de historicus, dat Roosevelt liet Stalin de verantwoordelijkheid voor de misdaden in Katyń de Duitsers in de schoenen schuiven. Waarom? Om aan zijn kiezers niet hoeven uit te leggen, dat hij één misdadiger aan het helpen was om de strijd tegen een andere misdadiger te voeren.
In de Holocaust-kwestie zag Roosevelt een dreiging voor zijn eigen imago.
Hij was er van bewust dat als hij iets daartegen had ondernomen, zou de publieke opinie in Amerika het mogelijk onvoldoende hebben gevonden. Daarom koos hij voor het zwijgen.
Toen eind oktober 1943 een delegatie van de Amerikaanse rabbijnen in het Witte Huis arriveerde, vluchtte Roosevelt stiekem het kantoor uit om de zoveelste gesprek over de Holocaust te vermijden.

1943, mars van de rabbijnen in Washington. Bron: Haaretz

Dat hier sprake van een bewust beleid was, bewijst het handelen van het Amerikaanse Departement.
Begin 1943 hebben de Amerikaanse ambtenaren voor de Amerikaanse media de toegang tot informatie over de genocide, die de Joodse gemeenschap in Amerika vanuit Zwitserland kreeg, geblokkeerd.
Een paar weken later hebben de Amerikanen en Britten tijdens een geheime conferentie op Bermuda besloten, dat de geallieerden geen speciale actie zouden ondernemen om de Holocaust te onderbreken.

Bermuda conferentie, 1943. Bron: The Telegraph

Tot de dag van vandaag blijft de verloop van deze conferentie geheim.
De Amerikanen hebben maar een deel daarvan openbaar gemaakt. De Britse documenten zijn nog steeds geheim.
De regeringen van de VS en Groot Brittannië hebben alleen één keer officieel hun standpunt in de genocide op Joden genomen.
Op 17 december 1942 hebben ze een diplomatieke nota afgevaardigd, waarin stond, dat na de oorlog de schuldigen aan de misdaden aan hun verantwoordelijkheid niet zouden ontkomen.
Hoewel de Amerikanen en Britten de Holocaust doodgewoon hebben genegeerd, heeft de derde belangrijkste bondgenoot, Frankrijk actief aan de holocaust deelgenomen.

Bron: nations wiki-fandom

De Franse Vichy-regering deed er vanaf het begin z’n best om zijn antisemitisme aan de Duitsers te laten zien.
Nog in oktober 1940 hebben ze 6 duizend Joden vanuit het III Duitse Rijk naar Frankrijk vervoerd.
Dezelfde maand hebben de Fransen een anti-Joodse wet ingevoerd. De Jodenvervolging in Frankrijk was begonnen.
Joden mochten niet meer bepaalde beroepen uitoefenen. De buitenlandse Joden werden naar de interneringskampen gebracht.
Daarna volgden de registratie en het in beslagneming van de Joodse eigendommen.
De Vichy machthebbers waren bereid de vervolging van Joden te vergroten, mits de Joodse eigendommen bij de Fransen terecht konden komen.
De Vichy regering organiseerde de transporten met Joden naar Auschwitz zelf.
Het eerste transport vertrok op 27 maart 1942, en de laatste in juli 1944, toen de geallieerden al in Normandië waren geland.
In zijn boek uit 1972, “Vichy Frankrijk” vertelt de Amerikaanse historicus Robert Paxton dat Duitsers in Frankrijk weinig bezettingskrachten hadden, omdat de Fransen de meerderheid van de taken zelf uitvoerden.

Bron: bol.com

Hoe het vork in de steel zat, getuigt een geschil tussen de Franse spoorwegen en de Franse regering dat over de rekeningen voor het vervoer van Joden naar de vernietigingskampen ging.
Omdat de Vichy regering die rekeningen niet had betaald, eiste het bestuur van het spoorbedrijf nog één jaar na de oorlog dat de Franse regering de kosten zou voldoen.
Het is goed deze feiten in acht te nemen,  zegt de historicus, als we de huidige Franse media nu horen roepen over het bestrijden van het vermeend Pools antisemitisme.
Bron:
Bron omslagfoto: Raport Witolda, glos gminny, “The Auschwitz Volunteer”, bron.com
Boek van historicus, dr Leszek Pietrzak: “Zakazana Historia” – Kibice Holokaustu, pag. 30-33 (“De verboden geschiedenis” – “De Supporters van de Holocaust”)